Naar Nova Scotia

27 augustus 2007, 17.40 UT
48° 54' Noord &  058° 48' West

Gisteren kwamen we na een totaal verregende dag aan in de Bay of Islands. Aan het eind van deze baai ligt de tweede grootste plaats van Newfoundland, Corner Brook. Dankzij de, tijdelijk naar het ZO, gedraaide wind konden we in de lij van de Westkust van Newfoundland in de afgelopen twee dagen 175 mijl in ZW richting varen. We willen daarmee ontsnappen aan de onafgebroken rij van depressies die hier momenteel het weer totaal verpesten. Onze tocht was voornamelijk saai. Regen, mist, kruis golven, windstilte en stukken met 28 knopen wind werden allemaal ons deel. Eenmaal aangekomen bij Frenchman's Cove stond de wind precies in de baai en de public wharf was helemaal vol met visserschepen. Geen leuke plaats om na twee dagen afzien eens gezellig te gaan ankeren. De aanbevelingen van Aad en Hella Twigt ten spijt, voeren we 8 mijl door naar Lark Harbour, waarvan gezegd wordt dat het de geboorteplaats is van de hardste ZW winden in heel Canada. De baai zelf is geheel beschut door hoge bergen en heeft een prachtige natuur. Toen we binnen liepen, scheen zo waar zelfs de zon tussen de nevel flarden door. Het was prachtig.
Achteraf gezien tot ons geluk, lag ook hier de public wharf vol met visboten. Wij voeren door naar een steiger helemaal aan de kop van de baai, die van het plaatselijke coast guard station bleek te zijn. Nadat we de, vrouwelijke, schipper van de coast guard boat er van hadden overtuigd dat we dringend onze emergency supplies moesten aanvullen (wat ongeveer betekent dat de pleisters op waren), mochten we daar liggen, mits zij ongehinderd konden uitrukken als dat nodig was. Later vonden we uit dat ze dat ongeveer 10 maal per jaar doen, meestal voor vissers die ergens in een baai zijn blijven liggen zonder functionerende radio.

 De bezetting van het coast guard station was zeer gastvrij en vriendelijk, we kregen walstroom, konden water tanken, gingen met hun truck inkopen doen in de food store en kregen een rondleiding door het station. Een van de guards, Loek de Jong, Amsterdammer van geboorte, stond ons in vloeiend Nederlands te woord en putte zich uit om het ons naar de zin te maken. Later gaven wij aan Loek en zijn vrouwelijke commandante, tekst en uitleg bij ons aan boord, wat door hen kennelijk zeer werd gewaardeerd.

In Lark Harbour lag ook de Caledonia, van Juergen Michallik, ten anker. We deelden onze salami worst en veilig aankomst borrel op zijn ankerplaats. De Caledonia gaat waarschijnlijk naar Sydney, wij gaan direct naar het Bras d' Or Lake, via het St. Andrew's Channel. We zullen elkaar later nog wel weer eens tegenkomen op onze weg naar het Zuiden.
De analyse van de weerkaarten, aangevuld met de meteo informatie van de coast guard leidde tot de conclusie dat we een periode van max. 48 uur voor ons hebben, waarin onder invloed van een zwak Hoog, de wind naar het NW draait. Wij schatten dat we ca. 34 uur nodig hebben om de oversteek van 170 mijl in één keer te doen. Het besluit was snel genomen. We gaan.

Op dit moment worden we heen en weer geklotst in de restanten van een erg ruwe zee, die werd opgekookt door de voortdurende buien uit het ZW. Maar de zon schijnt en we motorzeilen, al springend en hotsend, met een vaartje van 6 knopen de goede kant op, zonder dat de wind recht van voren komt!
Het beste nieuws is echter toch wel dat we vannacht weer met de deur van de kajuit open konden slapen. Het was om middernacht buiten 21°C. Gelukkig was er vanochtend wel eerst mist zodat alles lekker nat is.
We hebben nog 25 mijl voor de boeg tot Cape Cormorant, daar kunnen we 22° afvallen, misschien wordt dan ook de golfslag wat minder ongemakkelijk als die wat meer van opzij komt.

Michiel en Arjen