Ceuta

28 juni 2013

jl. dinsdag aan het einde van de ochtend verlieten we Melilla voor een etappe van 130 zeemijlen naar Ceuta. Het woei stevig, maar de wind was niet ons probleem, de zeegang vormde een veel grotere uitdaging. De Levanter blaast al een paar dagen uit dezelfde, Oostelijke, richting en dat zorgde voor een hoge ruwe zee met een swell van 3 à 4 meter hoog met daardoor heen een rommelige golfslag, veroorzaakt door het getij. Nu we weer in de buurt van de Straat van Gibraltar komen zijn eb en vloed weer duidelijk merkbaar. Na een onrustige nacht werd bij de nadering van de Straat de zee verder verward en ruw. Met de wind recht van achteren en een sterk getij recht van voren, maakten we maar heel weinig voortgang naar de kaap van Monte Hacho, de zuidelijke "Pilaar" van de Straat. De baai van Ceuta ligt daar direct achter. Het duurde tot de wisseling van het tij voordat we om het Punta de Santa Catalina heen konden komen. Dat was een verademing. Van het ene op het andere moment waren we in rustig water en even later om half twaalf in de ochtend lagen we vast in de Marina Hercules van Ceuta. Tevreden, na een enerverende tocht met een voortdurende verstoring van ieders slaappogingen om de twee uur. De gemiste slaap haalden we snel in.

Ceuta zelf was een leuke ervaring. Weer een Spaanse enclave in Marokko, op de Noordkust van Afrika. Het is ongeveer even groot als Melilla, maar er heerst een geheel andere cultuur en atmosfeer. Dit wordt onder meer veroorzaakt doordat Ceuta een smeltkroes is van bewoners met vier verschillende etnische achtergronden. Ceuta gaat er prat op dat het een tolerante samenleving is van Christenen, Hindoes, Joden en Islamieten. Dit is al de gehele geschiedenis het geval tot en met de dag van vandaag. Een ander verschil met Melilla is dat Melilla van ouds her voornamelijk een handelspost was en is gebleven, terwijl de betekenis van Ceuta in de eerste plaats militair was aan de Zuidkant van de Straat van Gibraltar. Het vormt de Spaanse tegenhanger van het Brits georiënteerde Gibraltar er recht tegenover.

Wij bleven hier twee volle dagen. We bekeken de gehele stad, die nu voornamelijk van het toerisme leeft. In de winkelstraten zijn een groot aantal Tax free shops, net zo als in Gibraltar. De stranden aan de Zuidzijde zijn aantrekkelijk en liggen beschut van de Straat, al zijn deze kunstmatig aan gelegd. De gerestaureerde bastions, forten, kathedralen en gouvernement gebouwen zijn indrukwekkend en de moeite van het bekijken meer dan waard.

Het is vandaag vrijdag 09:45 en we liggen klaar om te vertrekken. Om 10:00 uur kunnen we dieselolie krijgen bij de pomp van de marina. Daarna maken we de oversteek naar Gibraltar.

Als we daar zijn schrijven we weer verder.

Michiel en Freek