Op Kaap Finisterre

25 juli 2013, 12:20 MEZT, 10 zeemijlen ten Noorden van Kaap Finisterre



Helaas heb ik mijn logboeken uit 2005, toen de Pas de Deux voor het eerst in dit gebied gevaren heeft, niet aan boord. In mijn herinnering waren we toen ook in Combarro en Muros. Nu, 8 jaar later, is het allemaal zo veranderd, dat je deze twee plaatsen nauwelijks meer herkent. In 2005 kon je niet met de boot aan de wal afmeren. Nu hebben beide  plaatsen moderne jachthavens en zijn de kleine vissersdorpen enorm gegroeid dankzij het toerisme. Net zo als in Combarro, is ook in Muros het karakter van het oude dorp bewaard gebleven, en was het zeer de moeite waard om hier ons anker voor het stadje in de grond te leggen. De haven voor de pleziervaart in Muros is zo nieuw, dat die nog nergens vermeld wordt. We kwamen er pas achter toen we al voor anker lagen en met de dinghy naar de wal waren gegaan. Muros was al een "must-see" bestemming, maar dat is nog veel gemakkelijker geworden. Wij lagen prima op ons anker en hebben dat maar zo gelaten.

De volgende dag deden we iets dat niet zo veel jachten doen. We gingen naar de vissershaven van Finisterre. Dat was enigszins een gokje, want Finisterre heeft alleen maar een lange pier, waar de locale boten bescherming achter vinden, maar verder is het helemaal open. Gisteren hadden we weer eens een dag met wind, die naar het ZW en W zou krimpen, zodat we daar een beschermde ankerplaats zouden hebben. De wind gedroeg zich echter anders. In plaats van te ruimen, kromp de wind naar het ZZO, waardoor de golven over een lange afstand op Finisterre liepen. Het was maar afwachten of die deining zich zou voort zetten om de punt van de havendam heen, of dat we rustig water met een veilige ankerplaats zouden vinden. Het viel allemaal heel erg mee. Net buiten de moorings van de locale boten, vlak onder het dorp vonden we een rustige ankerplaats, waar we perfect hebben gelegen. Buiten de PdD lagen er maar drie andere jachten, twee Franse en een Brits.

Ons besluit om naar Finisterre te gaan werd niet ingegeven, doordat het hier zo mooi of aantrekkelijk is. Het ging ons om Finisterre als het einde van de "Ancient World" en om het feit dat we zouden kunnen zeggen: „Daar zijn we zelf geweest, we lagen daar voor anker en we stonden op deze beroemde en beruchte kaap, naast de vuurtoren". Dat laatste is helemaal gelukt, al hadden we daar een handicap bij, die voor Finisterre heel normaal is. Het mistte. We liepen de afstand van 2 zeemijlen, in de mist, langs de Oostkant van het schiereiland, naar de kaap toe. We liepen terug, ook weer in de mist, door het bos over de 213 m hoge kam. Het was een bijzondere ervaring in alle opzichten. Op de kaap stuurden we een ansichtkaart naar mijn moeder in Hilversum, die we ter plekke lieten stempelen en postten in de brievenbus op de kaap, als bewijs. Voorts waren we ook getuige van iets wat we wel hadden kunnen weten, maar waar we van te voren niet aan hadden gedacht. Kaap Finisterre is het einde van de St. James Way. Dat is het laatste stuk van de pelgrimsroute naar Santiago de Compostella. Veel Pelgrims zijn het lopen, nadat zij het graf van de Apostel Jakob in Santiago de Compostella hebben bezocht, nog niet moe en lopen de 95 km naar Kaap Finisterre er nog bij. De traditie wil dat zij daar hun kleding verbranden en hun schoenen achterlaten. Of ze dan blootsvoets teruglopen weten we niet. We zagen wel degelijk Pelgrims, maar die hadden kennelijk schoenen voor de terugweg meegenomen, want we zagen niemand op blote voeten. Op de kaap beneden de vuurtoren zijn talloze geblakerde vuurplaatsen, onder rotsen gestopte kleding en schoeisel en veel gedenkschriften, veelal met de hand gemaakt.

Er hangen ook waarschuwingsborden dat je niet in de antennemasten van de semafoor mag klimmen om je kledingstukken aan de radioantennes te hangen. Terug in het dorp Finisterre lag de PdD braaf op haar anker op ons te wachten. Het was inmiddels windstil geworden en het regende. Ons deerde dat niet, want wij dronken ieder twee welverdiende biertjes in de kroeg aan de kade en konden daar mee terug kijken op een bijzondere dag, die we niet hadden willen missen.

Michiel en Wouter