2011 Cycladen

Laatste twee etappes naar Koilahdia

do, 27 okt 11 14:32
26 oktober 2011 08:00 uur in de ochtend

We liggen te wachten op de oproep, via de VHF, van de werf in Koilahdia, dat we naar de botenlift kunnen komen om de boot op de kant te zetten. Gisteren kwamen we hier om 2 uur in de middag aan en lieten ons anker in de baai voor het stadje zakken en begonnen we met het opruimen en ontmantelen van de boot. We zijn al een heel eind en de komende twee dagen hebben we gepland om alles af te krijgen.

Eergisteren en gisteren hadden we heel rustig weer, droog, wel veel bewolking en weinig wind. Doordat het in de Saronische Golf en in de Aegean nog steeds hard waait, hadden we aanvankelijk wel veel last van swell en golven uit het Oosten. Desalniettemin voeren we een mooi kruisrak, met een gerepareerde bevestiging van het grootzeil aan de mast, van Kyparisi Bay naar Plaka, Leonidon. In de loop van de middag kwam daar toch ook de zon nog weer bij en werd het leven zeer aangenaam. Het haventje van Leonidon, Plaka, ligt op 4 km van de stad Leonidon. Die plaats is alleszins de moeite waard en we wandelden tussen de tuinbouwbedrijven van deze regio door, naar de stad. Halverwege kregen we een lift van een vriendelijke vrachtwagen chauffeur, die ons bij het centrum liet uitstappen. Leonidon is het aanzien waard en er was een gezellige drukte op straat. We waren nog toeschouwer bij een plaatselijke tric-trac competitie tussen de wijzen van Leonidon in de kroeg waar we een biertje dronken.


De volgende ochtend was het nog even flink klussen om het anker aan boord te krijgen, want het water in de haven was twaalf meter diep en wij hebben geen ankerwinch. Maar met twee paar handen hadden we het toch snel aan dek. De wind liet het weer eens volledig afweten en speelde een spelletje met ons. Het gebeurde vier keer dat we alles zo getrimd hadden dat we op het dunne windje voldoende vaart hadden om de motor uit te kunnen zetten in de deining uit de Saronic. Maar het was als of de duvel er mee speelde. Steeds een paar minuten later draaide de wind c.q. viel die weer geheel weg. Na vier pogingen gaven we het op. Zeilen naar beneden, netjes opgebonden grootzeil. We kwamen op een volkomen vlakke zee aan bij Koilahddia.

Zojuist kregen we de oproep dat we naar de kraan kunnen komen. Ik zend dit bericht nog snel door. Voorlopig is dit ons laatste bericht. Als de stakingen in Griekenland het niet verhinderen, dan zijn we op 31 oktober weer in Nederland.

Jan en Michiel

Thyra - Kimolós- Mílos - Kypirasi Bay

do, 27 okt 11 14:29
21 - 23 oktober 2011

Ons vertrek uit Thyra was dan wel enerverend, maar de verder tocht die dag in het geheel niet. Het was heel mooi weer, maar de wind liet het volledig afweten. We deden een aantal pogingen om ons alleen op de zeilen voort te bewegen, maar dat duurde één keer 45 minuten en de andere keren nog korter. Door de vlakke zee en met hulp van de motor maakten we wel goede voortgang. We waren aanvankelijk van plan om voor de nacht te ankeren in de lij van Folegandros (Vathy Bay). Het eiland was heel dor en saai van aanzien. We keken op de klok en besloten door te varen naar Kimolós, met een heel beschutte ankerplaats aan de Zuidkant, tussen het strand en een rots in zee, met de naam Pyrgonisi. Dat betekende dat we volgende dag nog maar 12 mijl hoefden te varen naar Mílos, waar wel veel te beleven valt. Onder de kleuren van een schitterende zonsondergang over het eiland Mílos, legden we bij de laatste stralen daglicht ons anker vlak bij het strand, na 51 mijl motorzeilen, voor een heerlijk rustige nacht.

De volgende dag eerst zwemmen rond de boot. Het water is hier nog steeds 22 graden Celcius. Daarna zeilen omhoog en onder zeil de baai van Mílos in. Aan het begin staan twee markante rotsen die "de beren" worden genoemd. Onder een bepaalde hoek bekeken is de gelijkenis frappant. Mílos is net als Thyra een geklapte vulkaan, maar veel minder spectaculair. Thyra is steil, zwart, dreigend en overweldigend. Mílos is groen, glooiend en veel toegankelijker. Er is een mooie haven aan de Noordkant van de baai bij het plaatsje Adhamas. Een taxirit van 10 minuten verwijderd van Plaka en Trypiti. Beide interessant vanwege hun archeologische vindplaatsen. We liepen rond in de Christelijke catacomben, we bezochten het ancient Theater in de bergwand boven de baai, de restanten van de stad  Mílos uit de oudheid en liepen bij toeval een stuk land op waar we opvallend veel grote stenen zagen liggen. Het bleken de resten van de oude stad te zijn, die daar nog gewoon achteloos zijn blijven liggen. Een omgevallen Dorische zuil was een mooie plek voor Michiel om zijn altijd loszittende veters weer eens vast te strikken. Een paar meter verderop een groot bord midden in het land. We waren, volstrekt bij toeval, bij de vindplaats van de Venus van Mílos aangekomen. Dit beeld is een van de meest bekende uit de Griekse oudheid. Het origineel staat in het Louvre van Parijs, geschonken aan de Franse ambassadeur in Griekenland. In het archeologische museum in Plaka staat een prachtige kopie. We wilden de weg gaan vragen naar het museum, om de kopie van de Venus van Milo zelf te zien, maar we stonden er al naast. Op Mílos was goed te merken dat het seizoen in Griekenland echt op z'n eind loopt. We hoefden niet met een anker voor en de spiegel aan de kade, maar we konden gewoon langszij liggen. Ook in het stadje en bij de bezienswaardigheden hadden we dit stuk van Griekenland voor onszelf.

We wisten dat het op 23 oktober naar verwachting stevig zou gaan waaien uit het Noorden en dat kwam ons goed uit, want we moesten, om terug bij de Peloponnesos te komen 66 mijl open water overbruggen. Doordat de zon, op deze lagere breedte graad dan in bijv. Nederland, veel steiler op en onder gaat is de periode tussen nachtelijk duister en volledig daglicht maar kort. We ontbeten nog in het donker, maar bij het eerste licht waren we onderweg. Nadat we de baai uit waren voeren we op een pal Westelijke koers met een bakstag wind uit het NNO. We liepen een gemiddelde snelheid van ruim boven de 7 knopen en verheugden ons op een aankomst in de baai van Ieráka ergens tussen 4 en 5 uur 's middags. In de lij van de steile kust van het rotseiland Anti Mílos draaide wind in één keer 180 graden en lagen we met 20+ knopen wind recht van voren re klapperen. Een van de leuvers, waarmee de doorlopende latzakken aan de mast vast zitten, scheurde los van het grootzeil. Aan de wind is dat niet zo erg, maar toen we een kwartier later weer 20+ knopen wind schuin van achter hadden, begon de doorlopende zeillat vervaarlijk langs de mast te steken en dreigden er nog meer leuvers los te scheuren, waardoor het grootzeil in zijn geheel los van de mast zou kunnen komen. Met nogal wat kunst en vliegwerk (de losse lat wilde niet langs de zaling omlaag komen) en ten koste van een gebroken set lazy jacks aan de lijzijde van het grootzeil, kregen we toch drie reven in het grootzeil. Daarmee hadden we zaak weer onder controle. We kozen daarna voor een 15 mijl Noordelijker gelegen baai op de Peloponnesos. De wind zou Noord blijven en we wisten nog niet of we de schade voldoende gerepareerd konden krijgen om weer voluit aan de wind te kunnen varen. Het werd Kyparissi Baai, waar weliswaar het uitnodigende dorpje Palaria ligt, maar dat was aan lager wal en met golven van 1,5 meter was dat geen optie. Aan de Noordkant is een kade met alleen een kerkje er op en een hotel er naast. We vonden achter de kade wel een, opmerkelijk rustige, goede ankerplaats. Geen deining, geen valwinden en een idyllische omgeving. Een plek waar je een keer geweest wil zijn, maar niet om er nog eens terug te keren, want verder is er niets. Wij waren er die avond na 72 mijl beuken, heel content mee. De volgende ochtend wisten we de gebroken lazy jack weer aan elkaar te knopen, weliswaar tijdelijk, maar adequaat. Ook de losse leuver kreeg een nieuwe, veel sterkere verbinding met de zeillat aan de mast. Dus dat ging ook weer.

Morgen nog naar de haven van Leonidon, genaamd Plaka en daarna onze laatste etappe naar Koiláda (spreek uit Kilada), waar de PdD op de kant gaat voor de wintermaanden.

Jan en Michiel

Kaap Velostási

zo, 23 okt 11 09:42
18 oktober 2011

Het bleef maar waaien en later ook weer regenen gisteren, in Finikas op Syros. Gelukkig zijn er hoge heuvels, die je kunt beklimmen. Ook dit keer werd de aandrang te groot. We wilden naar boven. Met enige moeite wisten we een landkaart te bemachtigen, waarop we een pad vonden, aansluitend aan het strand langs de Baai van Finikas, dat ons naar boven bracht tot vlak voor de vuurtoren op de uiterste Zuid West punt van Syros, Ák Velostási (Ák = Kaap). Het was een dag van overgang van het heel slechte weer van de twee dagen hiervoor en de weersverbetering die er aan zit te komen. De wolkenformaties die daar mee gepaard gaan zijn spectaculair. Als je om je heen keek, dan kon je soms wel drie of vier verschillende meteorologische fenomenen tegelijk zien. We hebben geprobeerd om iets daarvan op foto vast te leggen. Maar ook nu weer gold dat het oog meer kan vast leggen dan een camera. De foto's staan in het album van de Cycladen op deze website.

Onze wandeltocht ging eerst langs het strand en daarna steil omhoog. We passeerden de ruïnes van twee verlaten mijnen, die wel op de kaart stonden aangegeven, maar waarvan onbekend is wat er ooit werd gedolven. We vermoeden marmer dat we op veel plekken in de bodem aantroffen en ook koper dat de rotsachtige bodem op veel plaatsen groen kleurt. Op het hoogste punt van de kaap, voegden wij ons eigen stukje rots toe aan de stapel die eerdere bezoekers daar al waren begonnen om te bouwen. Daarna daalden we af via een andere route waarop het zoeken werd naar een begaanbaar pad een uitdaging werd. Maar uiteindelijk kwamen we keurig terecht in Possidonia, het dorp naast Finikas waar veel grote luxe villa's staan van rijke Grieken. De ene villa nog groter en luxueuzer dan de andere. Er is kennelijk toch nog veel geld in Griekenland. Of zouden ze dat ook allemaal geleend hebben?

Terug op de haven smaakte het biertje meer dan voortreffelijk en we bekeken op de TV in de kroeg, de volleybal wedstrijd van het het plaatselijk team uit Finikas dat in Athene tegen Panathinaikos speelde in de hoofdklasse van de nationale competitie. Waar een klein dorp kennelijk toch groot in kan zijn. Zoiets als de Harkemase Boys in de hoofdklasse van het voetballen in Nederland. Maar het waren wel allemaal profs dit keer. Bij de stand van 2-1 voor de Finikassers wilden we gaan eten en we zullen nooit weten wie er heeft gewonnen. Aan de plaatselijke supporters voor de buis zal het niet hebben gelegen.

Vandaag maken we een lange etappe naar het eiland Ios. Daar slapen we vannacht in de baai voor het stadje en morgen willen we naar Santorini, de geklapte vulkaan in de Cycladen, die nu Thíra wordt genoemd. Door veel archeologen wordt de theorie aan gehangen dat de asregen en de Tsunami die gepaard werden door de uitbarsting van ca. 1400 jaar BC de oorzaak was van het verdwijnen van de Minoïsche beschavingen op Thíra en Kreta. De klap moet 5 keer zo groot geweest zijn als die van de Krakatau in 1883. Vermoedelijk heeft Plato met zijn beschrijving van Atlantis, daarmee Thíra bedoeld. De naam Santorini stamt uit de latere tijd toen de Venetianen het eiland in bezit hadden.

We varen (klotsen is een betere omschrijving) nu door een woelige zee, met een naar alle kanten draaiende wind op onze volgende bestemming af. We moeten een beetje vaart maken, want het is nu bijna 12:00 uur locale tijd. Het is nog 34 mijl en we willen voor donker om 19:00 uur op Ios zijn.

Jan en Michiel

Santorini!

za, 22 okt 11 09:03
19 en 20 oktober 2011

Op dit spectaculaire plekje op aarde zijn we twee dagen gebleven. Lang genoeg om er een heel boek over te kunnen schrijven. We beperken ons tot een paar indrukken en belevenissen. Dat alleen vormt al een uitdaging, want Santorini wil je zien en beleven.

Het begint direct als je de enorme krater, met een doorsnede van bijna 10 mijl, binnenvaart. Er wordt gezegd dat de Caldera van Santorini de grootste ter wereld is. Caldera is het Spaanse woord voor een pot en er wordt een volgelopen krater van een vulkaan mee bedoeld, in dit geval volgelopen met water. De wanden rijzen 300 meter loodrecht omhoog en bestaan uit spectaculaire steenformaties met veel verschillende kleuren. De hoofd kleur is echter zwart. Bovenop de kraterwand liggen dorpjes en stadjes die bestaan uit witte huizen, gebouwen en kerken, heel veel kerken. Het lijkt witte hagelslag op een enorme taart van donkere chocolade. De bebouwing op de hoge rand valt in het niet bij de omvang van het natuur verschijnsel die dit eiland heeft gevormd. De krachten waarmee deze krater is gevormd gaan ieder voorstellingsvermogen te boven. Geologen concludeerden dat de Tsunami van de uitbarsting op het eiland, dat ton nog Thyra heette, in de gehele Aegeïsche Zee, en tot ver daar buiten, een hoogte moet hebben gehad van meer dan 250 meter.

In het midden van de Caldera ligt een ander groot eiland, helemaal zwart, onbegroeid, het enige leven er op bestaat uit ratten. Het is de prop die na de uitbarsting, en ook in volgende kleinere uitbarstingen, naar boven is gekomen. In de Caldera zijn nauwelijks plekken om af te meren. Tot aan de randen is het 100-en meters diep. In het midden kunnen max. twee cruise ships ankeren achter het centrale eiland waar de minste diepte 45 meter is. De overige cruise boten (toen wij er waren, lagen er vijf)  blijven op positie met hun boeg- en hekschroeven. De 1000-en passagiers worden met barkassen naar het piep kleine haventje aan de voet van de kabelbaan naar de hoofdstad Fíra gebracht.
Eenmaal op de kant heb je drie alternatieven. 1: drie kwartier in de rij voor de kabelbaan omhoog. 2:  de trap, die zig-zag naar boven gaat, op lopen met 588 treden. 3: voor •5,- op een ezel gaan zitten, die je naar boven draagt. Wij meerden af in het enige jachthaventje aan de Zuidkant van het eiland, buiten de Caldera. De volgende dag liepen wij de trap zelf naar beneden (afdalen kan ook per ezel), maar terug omhoog gingen ook wij op een ezelrug en dat is niet spectaculair, maar wel heel erg leuk. Ook vermakelijk om te zien hoe sommige cruise passagiers als ze halverwege op de ezel zitten, een gezicht trekken dat uitdrukt dat ze achteraf toch liever in de rij voor de kabelbaan waren gaan staan.







Een ligplaats vinden bij Santorini is niet eenvoudig. Wij hadden ons goed voorbereid en ons plan gemaakt voor de haven Vlikhada aan de zuidkant. De haven zelf, maar vooral de ingang lijdt ernstig aan verzanding. Volgens de pilot wordt er echter regelmatig gebaggerd tot een diepte van 3.50 m. Niet dus. We waren nog niet eens tussen de pieren toen de diepte meter 1,40 m aan gaf en wij zachtjes vast liepen in het losse drijfzand (de PdD steekt 2,07 M). Proberen op verschillende andere plaatsen leverde geen oplossing. Op een vragende blik naar een paar vissers die op de kant bezig waren, kregen we een handgebaar terug, dat we het vlak langs de pier moesten proberen. We vonden op minder dan 50 cm van de stenen één geultje maar we de kiel van onze boot net door heen konden zeulen. We waren binnen, maar ook in de haven zelf bleef het zoeken naar voldoende diepte. Het was niet druk en we vonden, nadat we eerst op de plaats van een grote charter catamaran waren gaan liggen, een mooie ligplaats met walstroom en wifi.Twee dagen later er weer uit, geeft toch het onzekere gevoel van "stel je voor dat er nog een paar cm verzanding bij is gekomen, terwijl wij binnen liggen?". Gelukkig was hetzelfde gootje er nog, maar er lag nu een steen in. Gelukkig gingen we heel zachtjes.

Recht boven de haven (ook hier is het steil) liggen de terrassen van Dimitris Taverna. Dimitri is van alle markten thuis en voordat we ons eerste biertje op hadden, was onze auto voor de volgende dag al geregeld, en konden we, de volgende morgen, rekenen op vers brood van de Taverne. Dimitri runt zijn Taverne met zijn vrouw en kinderen. Allen zijn welbespraakt, en zijn aangenaam gezelschap. Een plek waar je je direct thuis voelt.

Santorini heeft veel te bieden. De stad Fíra is een belevenis op zich. De zonsondergang is een dagelijks feestje in Oiá, dat heel sterk doet denk aan de dagelijkse kermis bij de zonsondergang op Key West. En, ja hoor, ook in Oiá, wordt er geaplaudiseerd voor de zonsondergang. Daarna loopt iedereen weg, terwijl het mooiste deel nog moet komen, de langzame verkleuring van de gehele einder in wisselende kleuren, rood, oranje, geel, groen en donker blauw.

Santorini kent ook een rijke prehistorie, waarvan heel veel bewaard is gebleven onder tonnen stof en as. De fresco's bij Akroteri, gesloten vanwege verbouwing. Ancient Thira van 1000-en jaren B.C., gesloten wegens staking van de ambtenaren. Het klooster boven op het hoogste punt, Profitis Ilias, 567 m hoog, gesloten omdat de monniken de deur niet opendeden. Ook dat is Griekenland. Toch waren onze kilometers over het eiland stuk voor stuk de moeite waard. De uitzichten, de natuur, de door de wind gevormde beeldhouwstukken in het puimsteen langs de stranden, de stranden zelf, de Tavernas, de huizen, de honderden kerken (allemaal met helder blauwe koepels) en zo nog veel meer. De foto's in het Cycladen album van deze website kunnen de rest van het verhaal vertellen. "A picture tells a thousand words". De foto's die we met onze ogen maakten kunnen we niet publiceren op een website, maar zijn wel opgeslagen in onze hoofden.

Jan en Michiel

Ios

vr, 21 okt 11 16:45
18 - 19 oktober 2011

Hoewel de naam Ios meestal meteen doet denken aan de Isles of Scilly (IOS), komen we vandaag, nog net met het laatste daglicht, aan op het Griekse eiland in de Cycladen met die naam. 's Avonds eten we in een van de eet tentjes aan de haven, bestaande uit gefrituurde courgette en Griekse kaas kroketten vooraf en Souvlaki als hoofdgerecht. Onze wandeling door het stadje, de volgende ochtend, is een goed stuk ochtendgymnastiek over steile trappen naar de Chora boven de stad. Ios stad is een aaneenschakeling van bars, disco's, dancings en andere gelegenheden voor zang, dans en drank. Ios is het vakantie eiland voor jonge toeristen. Het is nu Oktober en het is uitgestorven, de jonge toeristen uit het buitenland zijn weer naar school en de jonge Grieken zijn aan het demonstreren in Athene. Wij hebben het rijk alleen, samen met een paar Griekse mannen in het koffie café op het centrale plein. Ios is mooi, heel erg schoon en leuk om te zien. We denken dat als je hier in de zomer komt, dat je dan zult proberen om hier weer zo snel mogelijk weg te komen. Al was het maar om de opdringerige nudisten te ontlopen. Wij hebben geen naakt loper gezien. Te koud zeker.

Onze tocht naar Thyra (Santorini) begint om 10:00 uur als we uit Ios vertrekken. Het wordt een mooie zeildag, met weer allerlei verschillende zeilvoeringen. We lopen onder spinnaker de Caldera van Santorini binnen, maar voordat we de immens grote krater in varen, halen we de zeilen toch maar weg. We hebben straks andere dingen om op te letten. Meer daarover in onze volgende posting.

Jan en Michiel

Verwaaid op Syros

ma, 17 okt 11 16:36
14 - 17 oktober 2011

We zagen het al dagen lang aan komen. Een lang front had zich los gemaakt van een enorme storm depressie op de Atlantische Oceaan ten NW van Schotland. De trog die met dit front samenhing ontwikkelde zich boven Sicilië tot een geniepig lagedruk gebied met veel onstabiele lucht en veel wind. Op de dag dat wij van Tinós naar Syros voeren, woei het in de Ionische zee al windkracht negen, maar bij ons bleef het beperkt tot een dikke 6 uit het NO, die ons plat voor het laken op een uitgeboomde yankee en met een rif in het grootzeil naar Syros voerde. Syros heeft een ruime baai, die goede bescherming biedt voor alle windrichtingen en de haven van Finikas, aan de ZW kant van het eiland, biedt goede mogelijkheden om af te meren met het achterschip aan de kade en een anker voorop in de bodem. De hoofdstad is Ermopoulis aan de Oostkust en is tevens het administratief centrum van de Cycladen (te vergelijken met een provincie hoofdstad). Ermopoulis heeft een grote haven met een grote werf voor zeeschepen, maar met een jacht lig je er beroerd en er zijn nauwelijks geschikte aanlegplaatsen. Geen lekkere plaats om naar toe te gaan met windracht 8 in het weerbericht.

Gisteren (zondag) kwam het weerbericht volledig tot zijn recht. Windkracht 7 à 8 uit het NNO met een gemene hoge golfslag uit het Noorden. De Pas de Deux ligt echter prima. We trekken het anker nog wat dieper in de bodem en nemen de bus naar Ermopoulis. In onze hand hebben we het lijstje met prioriteiten van Maria Lachanou, dat we op Kithnos hebben gekregen. Hoewel er ook veel regen is voorspeld, blijft die vooralsnog achterwege. Ermopoulis is een grote stad, die als een amfitheater op de heuvels rond de baai is gebouwd. Het is een regionale hoofdstad en dat blijkt ook uit de demonstraties en stakingen die een gevolg zijn van de financiële crisis in Griekenland en de daarmee gepaard gaande sociale onrust. Met name het vuilnis, dat al wekenlang niet wordt opgehaald, is hinderlijk. Het ziet er smerig uit en het stinkt. Ons ontgaat het wat de Grieken hiermee willen bereiken. Ze bevuilen hun eigen nest en op deze manier worden toeristen eerder afgeschrikt dan aangetrokken. Op de eilanden valt op dat er gewoon wordt opgeruimd en schoon gemaakt (heel Tinós en ook Kithnos bijv. zijn opvallend schoon). Zodra je in Ermopoulis de kade waar de ferry's afmeren verlaat loop je recht in de bergen met vuilnis. De prachtige basilieken liggen omzoomd met stapels plastic zakken en aan iedere haak of spijker die ergens uit een muur steekt hangen een paar dicht geknoopte zakken met vuilnis. Aktie voeren kan echter ook op een ludieke manier en dat zagen we bij ons bezoek aan het, overigens prachtige, stadhuis. Het pand was bezet met aktie voerende burgers. Wij kunnen al die spandoeken niet lezen en de teksten uit de luidsprekers niet verstaan, dus we liepen gewoon naar binnen, waar het een gezellige boel was met veel bezetters en aktievoerders op deze zondag. Binnen worden wij staande gehouden door een van de aktie leiders, die ons in het Engels uitlegt wat er gaande is. Hij legt uit dat de aktie niet op ons gericht is en omdat hij de sleutels van het pand heeft, biedt hij ons aan om ons rond te leiden. Kijk, dat is een manier om aktie te voeren die indruk maakt en ook  uitnodigt om een keer te luisteren naar de problemen die de financiële crisis voor de gewone burger meebrengt. Ondertussen kregen we wel mooi een privé rondleiding door de vergader kamer van de gedeputeerden, door de kantoren van de de burgervaders en over de galerijen in het pand.

Aan Ermopoulis is goed te zien dat het een rijke stad is geweest in de 19e en de 20e eeuw, maar nu zonder enige economische activiteit is, behalve de scheepswerf en het toerisme. Het Archeologisch museum is op zich al een bezoek aan de stad waard. Als je door de rotzooi van het zwerfvuil en het achterstallig onderhoud heen kijkt, is het ook een mooie stad. Prachtig aangelegd met eindeloze marmeren trappen tussen de huizen op de flanken van de heuvels. De kerken en de basilieken, zijn schitterend gedecoreerd. In een van de kerken herkenen we een origineel icoon van de schilder El Greco. Met een foto uit een van onze camera's slaagden we er ook in om de handtekening van de schilder die hij heel klein op de voet van een kandelaar heeft geschilderd, te ontcijferen. Toen we klaar waren met onze route van Maria uit Kithnos, barstte de regen los. We dronken nog een Cappuccino Freddo en een glas rode wijn op een overdekt terras aan de haven, met uitzicht op een wit schuimende zee buiten. Wij namen lekker de bus terug naar Finikas. Zo zie je ook nog heel wat van dit Griekse eiland.

Vandaag, maandag, blijven we ook nog verwaaid op Syros liggen. We wijden ons aan de website, de foto's en doen veel kleine klusjes. Er is gelukkig een grote weersverbetering in het verschiet. Ons plan om vandaag voor de wind naar Paros te vliegen laten we maar varen, zo land de stormwaarschuwing voor windkracht 8 van kracht blijft. Gisteren avond leek het even dat het in de loop van de dag van vandaag al zou verbeteren, maar met een wind die hier in de luwte nog om de mast loeit en een wit schuimende zee in de verte buiten de baai, blijven we toch maar binnen aan de kant liggen.

Jan en Michiel

Tinós

ma, 17 okt 11 16:35
14 oktober 2011

We vertrekken al vroeg want we willen ruim 36 mijl naar Tinós zo veel mogelijk onder zeil afleggen. Het wordt een prachtige zeildag, weinig wind uit allerlei verschillende richtingen, maar zo is nu eenmaal het zeilen in Griekenland, dat hebben we inmiddels wel geleerd. Alle denkbare zeilconfiguraties komen er aan te pas en om half vijf 's middags meren we af aan de kade van het centrale plein van Tinós. Behalve een grote Franse catamaran liggen er geen andere boten en we hebben alle ruimte. Vanuit de kuip kijken we op de weg die omhoog loopt naar de basiliek bij het klooster boven op de heuvel waar het plaatsje tegenaan ligt. De pelgrims kruipen deze ca. 1 km lange straat op hun knieën omhoog om daarna de zegen in de kerk boven te ontvangen. De moderne basiliek is een bedevaartplaats en is gewijd aan aan de wonderen van het icoon van "Our Lady of Good Tidings" dat in 1822 werd ontdekt. Jaarlijks komen duizenden zieken en gehandicapten naar Tinós om genezing te zoeken. Tinós is het Lourdes van de Grieks Orthodoxe gelovigen.

Langs de straat naar boven is een speciaal pad aangelegd, dat met een tapijt is bekleed en afgezet met oranje pilonnen, om de naar boven kruipende bedevaarders voor het langs rijdende verkeer te behoeden. Wij gebruiken gewoon onze eigen "benenwagen" om naar boven te gaan. In de kerk is een godsdienstoefening gaande, die we voor een deel  mee maken. Het Gregoriaanse gezang wordt ook door luidsprekers in de directe omgeving van de basiliek te horen gebracht. Binnen is het live mee te maken. Begrijpen doen we er niet veel van, maar het is een indrukwekkende ervaring. Terug naar beneden lopen we langs een andere straat, waarin honderden stalletjes en winkeltjes zijn die souvenirs verkopen voor de bedevaarders.

Je ontkomt niet aan de grote indruk die dit bedevaart stadje achterlaat.

Jan en Michiel

Loutra op Nisos Kithnos

ma, 17 okt 11 16:35
13 oktober 2011

Als we 's ochtends wakker worden is er van de onrust, eerder in de nacht, niets meer over. Het is heel mooi weer, en bladstil. We halen de zeilen niet eens onder de kleedjes vandaan en varen de 26 mijl naar Nisos Kithnos (Nisos = eiland) op de motor. Kithnos is leuk. Mooi aangelegde kade, met walstroom, met drinkwater (wat we nu niet meer nodig hebben, want de watermaker werkt weer als een trein). Warm water bron aan de overkant op het strand. Het water is zo warm dat je in de watergang waar langs het water naar beneden komt maar kort kunt blijven staan. Aan het einde van deze watergang is een poel waarin het lekker is om te liggen, maar te ondiep om in te kunnen zwemmen en daarna loopt het gewoon in zee. De Cycladen zijn vulkanisch. Het bewijs komt op o.a. op Kithnos uit de grond.

s Avonds drinken we koffie bij Maria Lachanou in haar restaurant XEROLITHA. De waardin zelf komt bij ons aan tafel zitten. Zij spreekt uitstekend Engels en is nieuwsgierig naar onze wederwaardigheden en achtergrond. Zij probeert daarmee ook een heel vervelende Oostenrijker, van extreem rechtse politieke signatuur, van zich af te schudden. De man heeft zijn gecharterde boot, in de storm van een paar dagen geleden, verspeeld en hangt hier nu doelloos rond. De man is inderdaad "bad news". Maria daarentegen is zeer  aangenaam gezelschap. Ze schrijft een toeristische route voor ons op, voor als we in de komende dagen op Tinós en Syros zijn. Zij blijkt een cosmopolitische vrouw te zijn, die jarenlang in New York woonde, veel in Rusland is geweest en ook op veel van de bestemmingen, waar de Pas de Deux de afgelopen jaren was, is geweest. We hebben elkaar veel te vertellen.

Zij is zelf Griekse en had haar restaurant hier in Loutra verpacht, maar dat is misgelopen. Ze heeft haar pachter er een paar weken geleden met een rechtszaak uit weten te werken en probeert nu uit de puinhoop die deze heeft achter gelaten weer een bedrijf op te bouwen. Deze bijzondere avond eindigt met een Griekse warme grog, Rakomelo, die zij speciaal voor ons in de keuken laat maken. We krijgen ook het recept van haar, met alle ingrediënten en de bereidingswijze, zodat we het ook zelf kunnen maken. Een bijzondere herinnering aan een bijzondere avond. Restaurant - Café - Bar XEROLITHA verdient een plekje in onze eigen galerie van Leuke Plekjes.

Morgen naar het bedevaartsoord Tinós op het eiland met dezelfde naam.

Jan en Michiel

Kaap Soúnion, waar de zon onder gaat en de maan opkomt

vr, 14 okt 11 08:47
12 oktober 2011

We zijn begonnen aan onze tocht door de archipel van de Cycladen, de Griekse eilanden ten Zuiden van de Saronische golf. Onze eerste etappe voerde ons naar Kaap Soúnion, de meest Zuidelijke punt van Attika, het schiereiland van Athene. Soúnion is door alle tijden heen een markant punt geweest en gebleven. Letterlijk een baken in zee voor zeevaarders in de oudheid en in het heden. Op de hoge punt van de kaap staat, hoe kan het anders, de tempel ter ere van Poseidon, de Griekse god van de zee. Het was heel stil weer en ondanks dat de baai, direct naast de kaap, een lager wal vormde bij de heel zwakke ZW wind, besloten we toch om hier een ankerplaats te kiezen.

Op de kaap zagen we aan de ene kant de zon, tegen het silhouet van de tempel, ondergaan. Aan de andere kant kwam de volle maan op boven Makronisos, het eiland aan de Zuid Oostkant van Attika. Tegelijk maakten we ook kennis met de economische onrust in Griekenland. De toegang tot de tempel, die voor de bezoekers altijd open is tot en met de zonsondergang, bleek gesloten. Staking van de ambtenaren, die je toegang verschaffen. De Grieken zijn niet alleen, economisch gezien, ernstig onbetrouwbaar, maar schuwen er niet van om hun belangrijkste inkomstenbron, het toerisme, in de waagschaal te gooien. Hoe gek kun je het maken. Dom!, dom!, dom!

Ons deerde het niet echt, want aan de andere kant van het hek kun je een heuvel oplopen, vanwaaruit je een nog veel mooier uitzicht hebt op de tempel, de kaap en de zon die rood sissend in de zee zakte. Een deel van de prachtige foto's die we maakten staan in het, nieuwe, fotoalbum "Cycladen" op deze website. Terug aan boord dreigde het nog even mis te gaan. De wind stak, tegen alle verwachtingen in, toch op en we lagen een tijd flink aan het anker te rukken in de deining die de baai in rolde. Maar na anderhalf uur knikkebollen tijdens de ankerwacht, ruimde wind naar het NW en lagen we weer beschut. Uit voorzorg hadden we het anker zorgvuldig en diep in het zand gelegd en die moeite werd beloond.

Vanochtend kregen we eerst nog bezoek van de Griekse dealer van onze watermaker. Hij installeerde een nieuw omgekeerde-osmose filter in de watermaker. Die produceert nu weer water van mineraal water kwaliteit en we zijn niet meer afhankelijk van de, niet overal betrouwbare, waterslang op de kant .

We namen vanochtend ook afscheid van Renée en Martin Timmermans. Hun boot, de "Farside XL", is klaar voor de winter en vanavond vliegen zij terug naar Nederland. Aan hen hebben wij, nadat we elkaar op het eiland Porós weer ontmoeten, in deze episode van onze reis, een stel hele fijne vrienden gehad. Martin en Renée hadden ons, voordat we uit Nederland vertrokken, al voorzien van heel veel adviezen en goede raad. Het was geweldig om een deel van onze belevenissen juist met hen te kunnen delen.

Jan en Michiel